Chocolate

Ik wil ook (ook, ook, ook, ai, ook, ook) Ik wil ook Pof, je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Pof, je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate Ik wil ook (ook, ook, ook, ook, ook) Ik wil ook (ook, ook, ook, ook, ook) Ik wil ook Shorty kijkt naar me, ze wil ook hebben Ben on fire, ze wil ook een beetje rook hebben Ze wil een becky en ze wil dat ik haar choke ff Doe relax neem een pof, schatje smoke ff Ik weet je wil het voor me drukken Ik kan kiezen zo van iene-miene-mutte Ik focus niet op hoes dat is kansloos Niet gevoelig voor die groupies doe te lang shows Pof, je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate Ik wil ook (ook, ook, ook, ai, ook, ook) Ik wil ook (ook, ook, ook, ai, ook, ook) Ik wil ook Op de A2 in m'n A3 Ik ben onderweg naar meer papier, praat geen A4 Zometeen draai ik een setje met m'n eigen spullen Wanneer ik voor je draai niet over prijzen lullen Ik ben Robin Roxette skip een fuckboy Sukkel woont nog bij zijn moeder, skip die rotzooi Ziet dat ik je niet wil groeten, je zegt toch hoi Bij mij is meer dan m'n kop mooi, Robin Pof, je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Pof, je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate (ik wil ook) Je weet ik rook chocolate (ai) Ze wil ook chocolate Ik wil ook (ook, ook, ook, ai, ook, ook) Ik wil ook (ook, ook, ook, ai, ook, ook) Ik wil ook (ook, ook, ook, ook, ook) Ik wil ook (ook, ook, ook, ai, ook, ook) Roll it up yea yea Back it up bad bish Roll it up yea yea Back it bad bish Roll it up yea yea Back it up bad bish Roll it up yea yea Back it up bad bish (sargo)