De Nederlandse Taal

De Nederlandse taal zit vol met grappen Je ziet ze niet, je hoort ze niet, ze zijn er wel En als je heel goed oplet kun je 't snappen Dus luister goed naar wat ik jullie nu vertel Refr.: Kom uit de tuin, slang Kom uit de bosjes, mannen Schei uit met dat getimmer, man Een Joke Bruis tablet Kom uit het bad, meester Blijf met je handen van de lux af, Lex Misschien kan Tine even komen Wat zal Peter zuur staan te kijken Moet je nog bier, Ton Moet je nog vla, Flip Wat staat je blouse weer bol, Tinie Als ik onder Jo ga zie ik een hinde lopen Bril, Jantine, koffie, Ine, 'k zag een pakkie staan Ben je bang, kok? Nee de kok pit, doe jij dat zo, Lex Lekker slapen in een opklapbadmintonraket Refr. De Nederlandse taal zit vol met grappen Je ziet ze niet, je hoort ze niet, ze zijn er wel En als je heel goed oplet kun je 't snappen Dus luister goed naar wat ik jullie nu vertel Ik denk dat ik naar Delf zeil, ga jij met zo'n wind surfen Theater-stuk, weg-restaurant, daar komt een Indie-aan Als het regent kun jij dan ook in 't water golfen Is jouw body warmer of veel kouder dan vandaag Refr. "Ja, we hebben nog wel meer van die flauwe grappen" "Wat zijn je heupen breed, Els" "Vat geen kou, boy" "Wat ben jij lui, paard" "Hou je muil, ezel" "Als ik je in het bad pak" "Hoe vond je het aan de wal, vis?" "Ja, dol fijn" "He, zag je hoe die kannibaal op Ab kauwde?" "Zou zij z'n broodje wel lusten?" "Moet je nog koffie, Dik" "Of wil je nog een appel, Sien" Refr. Wat staat je blouse weer bol, Tinie