Lyrics

Waar kan je liggen in het zand, totdat je hele lijf verbrandt? Waar kan je zuipen als een beest, waar vind je vrienden voor elk feest? Waar kan je zwemmen als een rat, waar word je zelfs van binnen nat? Dat's aan de rand van Nederland, dat's aan ons onvolprezen strand Daar kan je vrijen met je vrouw, wat nergens ander mogen zou Terwijl je kalm je krantje leest, jou handen strelend om haar leest Daar speel je poker met een vriend, totdat ie van ellende grient Daar springt de Randstad uit de band, dat's aan ons onvolprezen strand Je gaat er op de brommer heen, en ligt dan plat tot kwart voor één Dan ga je kijken naar een vrouw, die je wel graag versieren zou Dan krijg je ruzie met haar man, die heel toevallig boksen kan En met je tanden in je hand sjok je weer verder over 't strand Dan ga je even naar een tent, en als je aangeschoten bent Dan loop je met de vriendenschaar een eindje langs de boulevard Dan komt er iemand op 't idee om te gaan zwemmen in de zee En gans door kwallen overmand ren je weer terug over het strand Maar 's middags om een uur of vier, dan komt het toppunt van vertier Dan komt een vriend die auto rijdt, eens kijken voor de aardigheid Dan ga je even met hem mee, een eindje rijden langs de zee Hij rijdt wel honderd met een hand en wuift met d'ander naar 't strand Dan scheur je zingend langs de straat, en vindt dat alles prachtig gaat Trekt je hals eenvoudig krom, je kijkt naar alle meisjes om En vader's auto wordt vermoord, vakkundig in een boom geboord Dan sta je morgen in de krant en wordt beroemd op 't hele strand En 's avonds op het stille strand, dan is er weer iets aan de hand Dan komt er een geweldig feest, zoals er nooit een is geweest En wordt het strand weer opgestookt, waarop men lekker worstjes kookt En met transistors in de hand trekt heel de troep weer naar 't strand De ene komt met flessen wijn, die smaakt verdacht veel naar azijn De tweede komt met zijn vriendin, die pikt de derde dan weer in De vierde brengt een zak patat met onderin een daverend gat De inhoud ligt verspreid in 't zand van driekwart kilometer strand Je danst en vrijt de hele tijd, terwijl je in een broodje bijt En giet jenever in een kop, want anders dronk je pa het op Maar van die lading alcohol geraak je spoedig overvol Dan loopt de toestand uit de hand, en blijf je liggen op het strand Maar de politie arriveert voor je weer lopen hebt geleerd Zodat je kruipende ontvlucht achter een zuil jeneverlucht Dat wordt dan een immense rel, die eindigt meestal in de cel En is men daar eenmaal beland, dan is 't weer rustig op het strand Maar 's morgens lig je weer in het zand, totdat je hele lijf verbrandt Dan ga je zuipen als een beest, en zoek je vrienden voor een feest Dan ga je zwemmen als een rat, en word je zelfs van binnen nat Aan de rand van Nederland, aan ons onvolprezen strand Aan de rand van Nederland, aan ons onvolprezen strand Aan de rand van Nederland, aan ons onvolprezen strand
Writer(s): Lennaert Herman Nijgh, Boudewijn Frank B Groot De Lyrics powered by www.musixmatch.com
instagramSharePathic_arrow_out